1852 – Skiti Andreou by Gerard Koolschijn

andreou-koolschijn
Photo by Gerard Koolschijn: Sk. Andreou, the red chapel,  in 1970 with Dutch writer Nicolaas Matsier (Tjit Reinsma) sitting on the stairs of the katholicon.

Dutch writer and translater Gerard Koolschijn wrote in his autobiographical novel Geen Sterveling Weet how he visited the Russian skiti of Andreou (Serail) in the early 70ties. This is what he wrote (in Dutch):andreou-oudshoorn-athos
“Ik kon geen monnik meer zien. Maar het Russische Sérail mocht ik niet overslaan. Het lag op mijn pad, dichtbij het hoofddorp. Er was geen portier. Op de binnenhof stond tussen meniekleurige cellengebouwen en gastenverblijven een kerk als een kathedraal. Uitgemergelde katten schoten onder omrasteringen weg. Door het gras liep een smal, platgetreden spoor naar de marmeren trap van het hoofdgebouw. De hol klinkende gangen hingen vol schilderijen van tsaren en ankerende stoomschepen. Op de trapleuningen stonden lantaarntjes. De eetzaal voor vijftienhonderd monniken lag vol rottende bladeren. Ik trof de oude werkplaatsen open, waar reusachtige spinnenwebben van tafels naar werkbanken, van krukken naar kabinetten waren geweven. Tandartsapparatuur hing nog boven een patiëntenstoel als een divan, met een ongeëvenaard uitzicht op de Berg. Achter de glazen ruitjes van de apotheek zaten rammelende grijze brokjes en knisperend gifgroen gruis in vergeeld geëtiketteerde flesjes. Langs een wenteltrap naar het souterrain afgedaald, vond ik in een duistere ruimte laarzen in alle maten en kleuren, ingezakt, gekromd of omgevallen, verspreid over de vloer, alsof een peloton soldaten ze in alle haast had uitgetrokken. In de schoenmakerij waren laden vol schoensmeer, lijmpotjes, kwasten. Mijn enige paar was volkomen versleten. De schoen waarvan de zool al losliet trok ik uit. Ik haalde uit een gereedschapskist een grote schaar, knipte de hard geworden lijm met ijdele hoop in stroken, propte die tussen de schoen en zool en zette de hele zaak in een klem. Op één schoen hinkte ik terug naar een bank op de binnenhof. Bij het stenen waterbekken naast me was in de houten drinkbeker ‘Jezus Christus overwint’ gekrast. Kraaien krasten op de ingevallen daken.andreou-oudshoornDe enorme kloosterkerk was naar verhouding gaaf, de kruisen op de koepel leken met rode, lichtblauwe en groene juwelen bezet. In de toren waren de verroeste klepels van de manshoge klokken tegen de binnenwand vastgezet. De verleiding was groot ze los te maken en met veel kabaal de doden op te roepen.
Ik haalde mijn gelijmde schoen op en duwde voorzichtig de enorme kerkdeur open. In het portaal hoorde ik tot mijn verbazing ijl gezang. Geruisloos opende ik een binnendeur. Goud en zilver blonken me tegen, kroonluchters en kandelaars. Op mijn tenen liep ik naar een muurstoel. Vier hoogbejaarde monniken stonden voor een gigantische, barokke iconenwand naast één stokoude, kromgebogen voorzanger. Ze keken niet om. Hun zachte klanken, niet nasaal zoals in de andere kloosters, maar melodieus, vulden de geweldige ruimte met een hartverscheurend heimwee. Ik zag ze als jongetjes spelen in hun dorp op een eindeloze Russische vlakte, onwetend dat ze hier als grijsaards zouden sterven”.matsier-koolschijn-oudshoorn
From right to left Wim Oudshoorn who made the black and white photographs of the church above,  a smiling Gerard Koolschijn and Nicolaas Matsier (Tjit Reinsma) with their schoolteacher Herman Hissink (far left) in the early seventies somewhere on the east slopes of Mount Athos. This is the location.

Thanks to Gerard Koolschijn

Herman Voogd

This entry was posted in Skiti Andreou and tagged , , . Bookmark the permalink.

1 Response to 1852 – Skiti Andreou by Gerard Koolschijn

  1. The Spirit is tying
    a new web
    for the new folk
    to come. His fingers

    cotter decades
    and centuries,
    peoples
    and hearths.

    Let us adore
    the Heavenly One,
    Ever been,
    Effective
    in our days;
    Going to rule
    forever and ever.

Leave a Reply